Het begin van de moderne computer ligt in de Tweede Wereldoorlog


Computers zijn van oorsprong grote rekenmachines. De computer zoals we het nu kennen, functioneert meer als een poort naar media, informatie en legt verbindingen met andere mensen. Dit is voornamelijk te danken aan het internet, waarbij Tim Berners-Lee als uitvinder wordt aangewezen. Veel eerder werd echter al nagedacht over hoe informatie met de hele wereld gedeeld kan worden.
In 1945 schrijft Vannevar Bush een betoog voor deze Memex, de Memory Extender. De Memex zou een uitbreiding van de hersenen moeten worden: een systeem waarin alle informatie is opgeslagen met een intuïtieve manier om informatie te zoeken. Opvallend is dat zijn bewoordingen vrijwel één op één ook toegepast kunnen worden op het internet van nu.
Bush bedenkt na de Tweede Wereldoorlog de Memex: een manier om alle beschikbare informatie op te slaan en deze thuis te kunnen bekijken. Hij omschrijft de Memex als volgt:
"Consider a future device for individual use, which is a sort of mechanized private file and library. [...] A memex is a device in which an individual stores all his books, records, and communications, and which is mechanized so that it may be consulted with exceeding speed and flexibility. It is an enlarged intimate supplement to his memory."
Bush legt hiermee precies uit wat een computer nu doet. De harde schijf van een PC slaat lokaal alle benodigde informatie op. De gebruiker kan deze informatie razendsnel vinden. Zelfs de manier van zoeken in een systeem als Google wordt door Bush haarfijn uitgelegd.
Ook voorspelde Bush in zijn paper het automatisch aanvullen van zoektermen en voorspelde hij een associatieve manier van zoeken. Bush was van mening dat zoeken op een Memex net zo zou moeten werken als het menselijk brein: via associaties. De Memex zou dan ook moeten bestaan uit een compleet netwerk van informatie en van bronnen, die op een natuurlijke manier met elkaar verbonden zijn.